In de media
'Mijn Hollandse droom' toont een sympathieke Ahmed Marcouch
Politiek gaat niet alleen om de inhoud, maar ook om beeldvorming – denk maar aan de ‘hippe’ rap van Donner of de skateboardende Balkenende. Over het algemeen geldt dat hoe hoger het publiek een politicus waardeert, hoe eerder je zijn of haar standpunten zult accepteren. Een boek schrijven is voor politici een middel om sympathie op te wekken en daarmee waardering. Ahmed Marcouch (Tweede Kamerlid voor de PvdA) waagt zich daaraan in Mijn Hollandse droom en weet een aardig goed resultaat te behalen.
Om een boek – geschreven door een politicus – als ‘geslaagd’ te bestempelen, moet het aan een aantal eisen voldoen. Allereerst moet de schrijver zelf interessant zijn; hij moet iets hebben wat de lezer uitnodigt tot het lezen van zijn boek. Het woord ‘Marokkaan’ heeft al gauw een negatieve connotatie. Marcouch beantwoordt niet aan dit beeld, maar maakt deel uit van het Nederlandse politieke landschap. In zijn boek schetst hij zijn geschiedenis en beschrijft wie hij is en wat hem drijft.
Leven zonder elektriciteit
Hij vertelt bijvoorbeeld over zijn leven als klein jongetje in een dorpje in Marokko zonder elektriciteit, waar hij in een collectieve samenleving leefde. Toen hij op tienjarige leeftijd naar Nederland kwam, keek hij zijn ogen uit. Het was niet zozeer een cultuurshock – de nieuwe indrukken waren voor hem meer een ontdekkingstocht. Plotseling leefde hij in een haast anonieme omgeving – nu wel met elektriciteit – waar hij eindelijk naar school mocht. Zijn leergierigheid werd daar gevoed en groeide, en bracht hem tot waar hij nu is.
Marcouch weet wat de lezer zo in hem aanspreekt en speelt hier goed op in; hij beschrijft onder andere hoe hij het tot bekend politicus heeft geschopt. Hij plaatst dit naast het gedachtegoed en het handelen van de allochtone bevolking. De politicus legt uit waarom een deel van hen achtergesteld is en zo in het criminele circuit terecht komt, en licht toe hoe hij vindt dat dit aangepakt moet worden. Zijn vergelijkende invalshoek geeft een allochtone lezer hoop, omdat Marcouch door hen als rolmodel kan fungeren. Tegelijkertijd geeft het ook de autochtone lezer hoop: als het Marcouch lukt om bekend politicus te worden, kunnen anderen (zowel allochtonen als autochtonen) ook ver komen in het leven – mits ze kansen krijgen en grijpen.
Zakelijk, maar sympathiek
Als persoon blijft Marcouch ook boeien. Een politicus die een boek schrijft moet menselijk zijn en je moet je niet aan hem gaan ergeren. Marcouch is vooral zakelijk. Zelfs als hij zijn gevoelens beschrijft over zijn opvallende carrière van krantenjongen tot agent tot politicus, blijft hij haast afstandelijk. Maar dit benadrukt slechts zijn boodschap: hij wil niet bewonderd worden, maar laten zien hoe het kan. Zijn daadkracht sijpelt door in zijn levensvisie. ‘Kansen zien en pakken’, dat is zijn realistische Hollandse droom.
Tegelijkertijd benoemt Marcouch zijn onzekerheden op dezelfde zakelijke manier, wat hem sympathiek maakt. Ook zelfkritiek heeft hij hoog in het vaandel staan: ‘In mijn eigen zoektocht stelde ik mezelf de filosofische vraag: “Wat nu als ik in een ander nest was geboren, was ik dan ook moslim geworden?”’ De drang om constant vragen te blijven stellen, acht hij ook voor de moslimgemeenschap van groot belang.
Het persoonlijke vs. het politieke
Een boek geschreven door een politicus moet geen dagboek worden, maar ook geen beleidsnota; er is een goede balans nodig tussen het persoonlijke achtergrondverhaal en de politieke wens om anderen van jouw idealen te overtuigen. Het vinden van die balans lukt Marcouch moeiteloos in het eerste deel van Mijn Hollandse droom; zijn persoonlijke ervaringen vormen het fundament waar hij zijn maatschappelijke standpunten in verwerkt. Het tweede deel is meer een politiek pamflet waarin zijn maatschappelijke visie naar voren komt. Het persoonlijke element ontbreekt, waardoor de ‘kapstok’ om zijn idealen aan te hangen, enigszins wegvalt.
Met die balans hangt samen dat de stijl aantrekkelijk moet zijn en moet uitnodigen tot verder lezen. Marcouch’ zinnen bezitten daadkracht, maar ook bescheidenheid. De toon is analytisch, zelfbewust en soms zelfs verrassend. Zo schrijft hij: ‘De Arabische taal is heel krachtig en poëtisch, met klanken die tot in je botten en vezels doordringen. […] Voor je het weet verheerlijk je de prediker zonder precies te weten wat hij zegt.’
Marcouch heeft prima werk afgeleverd met Mijn Hollandse droom. Vooral het eerste deel spreekt aan, maar ook het tweede deel blijft boeien, doordat Marcouch als persoon interessant is en dat door zijn boek ook blijft. Hij weet veel sympathie op te wekken en die waardering stijgt dan ook na het lezen van Mijn Hollandse droom. Het maakt nieuwsgierig naar wat deze vroegere krantenjongen de komende jaren in de Tweede Kamer zal bereiken.
Mina Etemad - www.cultuurbewust.nl - 07-11-2010
AhmedMarcouch-2012A.jpg